BUC005- Alt 2.1 : nieuwe behandeling – nieuw geneesmiddel.

Header Image
Project:
<ol>
<li><ol>
<li><ol>
<li>#lt;h3 align="justify"#gt;<font color="#1f4d78">Alternatief 2A: voorschrijver start een nieuwe behandeling met geneesmiddel dat nog in geen enkele lijn in het medicatieschema is opgenomen. Dit proces kan ook starten in het ziekenhuis of bij de apotheker</font>#lt;/h3#gt;</li></ol>
</li><br/></ol>
</li><br/></ol>
<br/><ul>
<li>Patiënt komt voor nieuwe behandeling bij de voorschrijver (1)</li><li>Voorschrijver raadpleegt het medicatieschema van de patiënt (via erkende software) dat bewaard wordt in de regionale kluis (2) en stelt vast dat er voor de patiënt reeds een medicatieschema bestaat, </li><li>Voorschrijver neemt een anamnese af en stelt een diagnose. </li><li>Voorschrijver consulteert opnieuw het medicatieschema en stelt vast dat er in het medicatieschema van de patiënt nog geen medicatielijn bestaat voor de combinatie van de therapeutische intentie en het actief bestanddeel van het geneesmiddel dat hij wenst voor te schrijven. (2)</li><li>Voorschrijver voegt een nieuwe medicatielijn toe met een therapeutische intentie en het actief bestanddeel van het geneesmiddel. Verder definieert hij ook de begin- en einddatum (2).  </li><li>Het medicatieschema wordt bijgewerkt in de regionale kluis, er wordt een medicatielijn toegevoegd aan het schema van de patiënt (2). </li><li>Voorschrijver maakt voorschrift aan dat gestockeerd wordt op Recip-e (3)</li><li>Patiënt ontvangt van de voorschrijver een papieren BEV voor geneesmiddelen </li><li>Verder worden de zelfde stappen gevolgd als scenario 1A (zie schema onder 4.1.1)<ul>
<li>Patiënt gaat met het voorschrift naar de apotheker (5)</li><li>Apotheker scant de barcode van het voorschrift en haalt de inhoud ervan op van de Recip-e server (6)</li><li>Apotheker raadpleegt het medicatieschema van de patiënt dat bewaard wordt in de regionale kluis. (8) Hij evalueert of er mogelijke interacties zijn met andere geneesmiddelen.</li><li>Apotheker levert het geneesmiddel af aan de patiënt en geeft de nodige instructies mee m.b.t inname van het geneesmiddel</li><li>Apotheker registreert aflevering in GFD (7) en doet een update van het medicatieschema in de kluis indien nodig (8) #lt;strike#gt;(administratieve vereenvoudiging)#lt;/strike#gt;</li><li>Patiënt begint behandeling op basis van het geleverde geneesmiddel</li></ul>
</li><br/></ul>
<b><br/></b><b><u>Voorbeeld</u></b><b> : </b><br/><ul>
<li>Patiënt met hoge koorts en erge malaise raadpleegt de voorschrijver</li><li>Voorschrijver stelt vast dat de patiënt een acute rhinosinusitis heeft en dat de opstart van antibiotica noodzakelijk is. </li><li>Voorschrijver raadpleegt het medicatieschema van de patiënt (via erkende software) dat bewaard wordt in de regionale kluis. Hij stelt vast <ul>
<li>Dat er een medicatieschema voor de patiënt bestaat.</li><li>Dat er in het medicatieschema van de patiënt nog <b>geen</b> medicatielijn bestaat voor de combinatie van het actief bestanddeel van het geneesmiddel (Amoxicilline) en de therapeutische intentie (rhinosinusitis). </li></ul>
</li><br/><li>Voorschrijver voegt een medicatielijn toe met een identificatie van het actief bestanddeel van het geneesmiddel. Verder definieert hij ook de begin- en einddatum.  </li><br/><li>Het medicatieschema wordt bijgewerkt in de regionale kluis, er wordt een medicatielijn toegevoegd aan het schema van de patiënt voor de combinatie Amoxicilline en rhinosinusitis. </li><br/><li>Voorschrijver maakt een voorschrift aan voor Amoxicilline</li><br/><li>Patiënt ontvangt van de voorschrijver een voorschrift voor geneesmiddelen</li><br/><li>Verder worden de zelfde stappen gevolgd als scenario 1A (zie schema onder 4.1.1)<ul>
<li>Patiënt gaat met het voorschrift naar de apotheker (5)</li><li>Apotheker scant de barcode van het voorschrift en haalt de inhoud ervan op van de Recip-e server (6)</li><li>Apotheker raadpleegt het medicatieschema van de patiënt dat bewaard wordt in de regionale kluis. (8) Hij evalueert of er mogelijke interacties zijn met andere geneesmiddelen.</li><li>Apotheker levert het geneesmiddel af aan de patiënt en geeft de nodige instructies mee m.b.t inname van het geneesmiddel</li><li>Apotheker registreert aflevering in GFD (7) en doet een update van het medicatieschema in de kluis indien nodig (8) #lt;strike#gt;(administratieve vereenvoudiging)#lt;/strike#gt;</li><li>Patiënt begint behandeling op basis van het geleverde geneesmiddel</li></ul>
</li><br/></ul>
<br/>
Modified: 20/05/2024 2:25:12
ID: {3E123741-F098-4652-A6EB-D856CA84B4EE}
>Appears In: Basisscenario’s
  • Advanced
  • Other Links
Property Value
isFinalSpecialization: 0
Object Type Connection Direction Notes
«business use case» BUC009- Scen 2 : Nieuwe behandeling - Medicatieschema in de kluis. UseCase Extends To