A0146- Voorbereiden Geneesmiddel

Header Image
Project:
11.6 BUSINESS PROCES Toedienen<br/>Business Process Case 60 - Toedieningslijst maken vanuit het Medicatieschema<br/>Het aanmaken van een toedieningslijst wordt steeds gestart vanuit het Medicatieschema. MijnGeneesmiddelen biedt al een overzicht van de geneesmiddelen die een patiënt moet nemen in lijstvorm.<br/>De instructies voor toediening in een WZC zitten vervat in de Medicatielijn. De behandelende arts maakt hiervoor geen verwijsvoorschrift.<br/>Indien er buiten een WZC wel een verwijsvoorschrift wordt gemaakt voor toediening worden de instructies / protocol in het verwijsvoorschrift bijgehouden. +++ Opmerking 127 - Jeroen De Wilde: waarom niet deze instructies opnemen in medicatielijn? ( er is geen automatische synchronisatie voorzien tussen Medicatielijn en verwijsvoorschrift als één van beide zou wijzigen. +++ Het verwijsvoorschrift bevat geen gegevens die al in de Medicatielijn zitten. Een verwijsvoorschrift is gekoppeld aan een Medicatielijn via de unieke ID. Een combinatie van Medicatieschema en verwijsvoorschrift is dus nodig om de toedieningslijst te maken.<br/>Dit kan uitgevoerd worden door alle gebruikers die toegang hebben tot het Medicatieschema van de patiënt.<br/>De instructie om toe te dienen en het protocol moeten ondubbelzinnig voorgesteld worden aan de uitvoerende zorgverlener.<br/>Business Process Case 61 - Toedieningslijst maken met Medicatielijnen “indien nodig”<br/>In dit geval komen er geneesmiddelen op de toedieningslijst voor die soms wel, soms ook niet moeten toegediend worden.<br/>Dit kan afhankelijk zijn van parameters die meetbaar zijn (temperatuur, zuurstofopname, …) of van parameters die ingeschat worden (pijnniveau wordt ingeschat door de patiënt).<br/>Deze geneesmiddelen worden, weliswaar gescheiden van de andere geneesmiddelen, wel op de toedieningslijst gezet, maar bijvoorbeeld helemaal onderaan en met de posologie “indien nodig” aangeduid per geneesmiddel of product.<br/>- 100 -<br/>P 100 / 235<br/>- 101 -<br/>P 101 / 235<br/>Business Process Case 62 - Exacte toedienmomenten nodig<br/>Bijvoorbeeld: de arts schrijft voor een patiënt Fosamax 70 mg tabl. 12 voor.<br/>De apotheker zal een gedetailleerde uitleg geven over het gebruik en dit overleggen met de patiënt al dan niet aan de hand van de bijsluiter.<br/>De apotheker kan, afhankelijk van wat de software toelaat, gedetailleerde info ook afdrukken op het kassaticket. Voorbeeld:<br/>Kies de dag van de week die u het beste uitkomt. Neem elke week op de gekozen dag een tablet FOSAMAX in.<br/>Het is heel belangrijk dat u de punten 2, 3, 4 en 5 opvolgt zodat de tablet FOSAMAX snel in uw maag<br/>komt en de kans op irritatie van de slokdarm (de buis die uw mond met de maag verbindt) verminderd<br/>wordt.<br/>2) Als u op de gekozen dag uit bed komt, en voordat u eet, drinkt of andere geneesmiddelen inneemt, neemt u een tablet FOSAMAX in zijn geheel in met alleen een vol glas leidingwater (geen mineraalwater en niet minder dan 200 ml), zodat FOSAMAX goed wordt opgenomen.<br/>• Niet innemen met mineraalwater (met of zonder koolzuur).<br/>• Niet innemen met koffie of thee.<br/>• Niet innemen met vruchtensap of melk.<br/>De tablet niet fijnmaken, op kauwen of op laten lossen in uw mond, omdat er zweren in de mond kunnen ontstaan.<br/>3) Na het innemen van de tablet FOSAMAX niet gaan liggen; blijf minstens 30 minuten volledig rechtop (zitten, staan of lopen). Als u na dit half uur weer gaat liggen, zorg er dan voor dat u eerst wat gegeten heeft.<br/>4) Neem FOSAMAX niet in voor het slapen gaan of ‘s ochtends voor het opstaan.<br/>5) Als slikken moeilijk of pijnlijk wordt, als u pijn op de borst krijgt, als u last krijgt van zuurbranden of als dit erger wordt, staak dan het gebruik van FOSAMAX en neem contact met uw arts op.<br/>6) Wacht na het innemen van de tablet FOSAMAX minstens 30 minuten voordat u het eerste eten, drinken of ander geneesmiddel van die dag gebruikt, inclusief zuurbindende middelen, calciumsupplementen en vitamines. FOSAMAX is alleen effectief als u het op een lege maag inneemt.<br/>Business Process Case 63 - Ontbreken toedienmomenten en andere noodzakelijke informatie<br/>De uitvoerende zorgverlener heeft vaak de gedetailleerde instructies nodig. Als een voorschrijver zelf de toediening doet, gebeurt dit met kennis van zaken, maar ook dan kan het voorkomen dat hij op de hoogte moet zijn van het protocol en de gegevens van uitvoering.<br/>De zorgverlener die de toediening moet doen, moet ondubbelzinnig weten wat hij moet doen. Hij moet de behandelende arts en/ of apotheker contacteren in geval van twijfel of gebrek aan kennis of onduidelijke historiek,…<br/>Business Process Case 64 - Meerdere apotheken leveren medicatie<br/>Bijvoorbeeld: de arts schrijft voor een patiënt Fosamax 70 mg tabl. 12 voor.<br/>De apotheker zal een gedetailleerde uitleg geven over het gebruik en dit overleggen met de patiënt al dan niet aan de hand van de bijsluiter.<br/>De apotheker kan, afhankelijk van wat de software toelaat, gedetailleerde info ook afdrukken op het kassaticket. Voorbeeld:<br/>Kies de dag van de week die u het beste uitkomt. Neem elke week op de gekozen dag een tablet FOSAMAX in.<br/>Het is heel belangrijk dat u de punten 2, 3, 4 en 5 opvolgt zodat de tablet FOSAMAX snel in uw maag<br/>komt en de kans op irritatie van de slokdarm (de buis die uw mond met de maag verbindt) verminderd<br/>wordt.<br/>2) Als u op de gekozen dag uit bed komt, en voordat u eet, drinkt of andere geneesmiddelen inneemt, neemt u een tablet FOSAMAX in zijn geheel in met alleen een vol glas leidingwater (geen mineraalwater en niet minder dan 200 ml), zodat FOSAMAX goed wordt opgenomen.<br/>• Niet innemen met mineraalwater (met of zonder koolzuur).<br/>• Niet innemen met koffie of thee.<br/>• Niet innemen met vruchtensap of melk.<br/>De tablet niet fijnmaken, op kauwen of op laten lossen in uw mond, omdat er zweren in de mond kunnen ontstaan.<br/>3) Na het innemen van de tablet FOSAMAX niet gaan liggen; blijf minstens 30 minuten volledig rechtop (zitten, staan of lopen). Als u na dit half uur weer gaat liggen, zorg er dan voor dat u eerst wat gegeten heeft.<br/>4) Neem FOSAMAX niet in voor het slapen gaan of ‘s ochtends voor het opstaan.<br/>5) Als slikken moeilijk of pijnlijk wordt, als u pijn op de borst krijgt, als u last krijgt van zuurbranden of als dit erger wordt, staak dan het gebruik van FOSAMAX en neem contact met uw arts op.<br/>6) Wacht na het innemen van de tablet FOSAMAX minstens 30 minuten voordat u het eerste eten, drinken of ander geneesmiddel van die dag gebruikt, inclusief zuurbindende middelen, calciumsupplementen en vitamines. FOSAMAX is alleen effectief als u het op een lege maag inneemt.<br/>- 102 -<br/>P 102 / 235<br/>Op zich is dit geen probleem. Het Medicatieschema waar elke gebruiker zich op baseert is uniek en altijd up to date. Net zoals verschillende voorschrijvers behandelingen kunnen voorstellen, kunnen ook verschillende apothekers geneesmiddelen afleveren.<br/>Om de toedieningslijst te maken, is het aan de uitvoerende zorgverlener om deze op te stellen op basis van de informatie uit het Medicatieschema. Door welke apotheker de geneesmiddelen of producten zijn afgeleverd, maakt dan geen verschil. Indien in het Medicatieschema niet voldoende informatie te vinden is over de intentie van de arts moet de apotheker (of zorgverlener die de toediening doet) met hem contact opnemen.<br/>Business Process Case 65 - Medicatietoediening afwijkend van toedieningslijst – bijwerken van de toedieningslijst<br/>Een toedieningslijst die aangemaakt wordt en ook afgedrukt wordt, heeft maar een “beperkte geldigheid”. Het is wellicht niet zo dat het Medicatieschema elke dag aangepast wordt, maar voor zorgverleners die toedienen, voor apothekers die medicatie voorbereiden is het wel noodzakelijk om de toedieningslijst vóór elk gebruik te verifiëren. Dit kan gebeuren door de verpleegkundige of CRA. Daartoe moet de software van het WZC met een specifieke view toegang hebben tot het gedeeld Medicatieschema. (cfr. Dagschema in “Mijngeneesmiddelen”). De gegevens die uit het gedeeld Medicatieschema worden opgehaald, moeten ook per dagmoment gebundeld kunnen worden voor meerdere patiënten. De gegevens zullen daartoe sequentieel, maar geautomatiseerd, opgevraagd moeten worden in regionale kluis. Ook hier geldt: de gegevens pas ophalen als men ze gaat gebruiken is de enige manier om de intentie van de arts te realiseren.<br/>Business Process Case 66 - Medicatietoediening zonder Medicatielijn<br/>Dit is strikt te vermijden. Zonder Medicatielijn is er ook geen voorschrift en dus ook geen toedieningsinstructie. De uitvoerende zorgverlener is volledig verantwoordelijk. Indien de uitvoerende zorgverlener een arts is die in een noodgeval handelt en zelf de toediening doet, is het uiteraard niet de bedoeling dat hij eerst een behandeling aanmaakt. Er moet post factum wel een registratie gebeuren van de medicamenteuze behandeling. (Medicatielijn toevoegen of verlengen of aanpassen naar posologie, galenische vorm,….). Dit is en blijft een noodsituatie.<br/>Business Process Case 67 - Medicatietoediening van OTC middelen en zelfmedicatie<br/>- 103 -<br/>P 103 / 235<br/>Ook deze producten moeten in het Medicatieschema opgenomen worden, er moeten voorschriften zijn waarop de toedieningsinstructies staan. Bij zelfmedicatie door de patiënt, spreken we niet meer van toediening maar van gebruik. De patiënt is dan zelf verantwoordelijk, maar overlegt best met de arts en / of apotheker om heel het Medicatieschema te bekijken. De voorschrijver/apotheker kan een Medicatielijn toevoegen met de posologie “indien nodig”, dit om andere zorggebruikers op de hoogte te stellen van de zelfmedicatie van de patiënt.<br/>Business Process Case 68 - Medicatietoediening door de voorschrijver<br/>Het standaardproces is volledig gelijk aan dat voor andere zorgverleners.<br/>De voorschrijver kent echter, uiteraard, zijn intentie en kan in de uitzonderingsgevallen zelf beslissen om de behandeling uit te voeren en de registratie achteraf te doen.<br/>Business Process Case 69 - Meerdere toedieningsverantwoordelijken<br/>De voorschrijver blijft steeds verantwoordelijk voor een correct en up to date Medicatieschema. Er kunnen wel verschillende uitvoerders zijn voor de toediening.<br/>
Modified: 20/05/2024 2:35:28
ID: {0742ADEC-FA60-48dc-9E44-23F710225C59}
>Appears In: Processen E2E Medicamenteuze behandeling
  • Flow To
  • Flow From
  • Tagged Values
  • Advanced
Element Name
A0152- Toedienen Geneesmiddel
Activity «SequenceFlow»
 
Details:
 
Element Name
A0135- Evalueren Lopende Behandeling
Activity «SequenceFlow»
 
Details:
 
Tag Value
activityType Task
Details:
Values: Task,Sub-Process
Default: Task
adHoc false
Details:
Values: true,false
Default: false
adHocOrdering Parallel
Details:
Values: Parallel,Sequential
Default: Parallel
behavior All
Details:
Values: None,One,All,Complex
Default: All
cancelRemainingInstances true
Details:
Values: true,false
Default: true
completionQuantity 1
Details:
Default: 1
eventGatewayType Exclusive
Details:  
gatewayType Inclusive
Details:  
implementation ##unspecified
Details:
Values: ##webService,##unspecified
Default: ##unspecified
instantiate false
Details:
Values: true,false
Default: false
isACalledActivity false
Details:
Values: true,false
Default: false
isATransaction false
Details:
Values: true,false
Default: false
isForCompensation false
Details:
Values: true,false
Default: false
isSequential false
Details:
Values: true,false
Default: false
Keywords Z2
Details:  
loopCharacteristics None
Details:
Values: None,Standard,MultiInstance
Default: None
startQuantity 1
Details:
Default: 1
state None
Details:
Values: None,Ready,Active,Cancelled,Aborting,Aborted,Completing,Completed
Default: None
taskType Abstract
Details:
Values: BusinessRule,Manual,Receive,Service,Send,Script,User,Abstract
Default: Abstract
testBefore false
Details:
Values: true,false
Default: false
triggeredByEvent false
Details:
Values: true,false
Default: false
Property Value
_tagGroupings: auditing=Base Element;categoryValue=Base Element;documentation=Base Element;monitoring=Base Element;activityType=Activity;calledActivityRef=Activity;instantiate=Activity;isACalledActivity=Activity;isATransaction=Activity;isForCompensation=Activity;resources=Activity;messageRef=Task;operationRef=Task;rendering=Task;script=Task;scriptFormat=Task;taskType=Task;adHoc=AdHoc;adHocOrdering=AdHoc;cancelRemainingInstances=AdHoc;completionCondition=AdHoc;behavior=Loop;complexBehaviorDefinition=Loop;isSequential=Loop;loopCardinality=Loop;loopCharacteristics=Loop;loopCondition=Loop;loopCounter=Loop;loopDataInputRef=Loop;loopDataOutputRef=Loop;loopMaximum=Loop;noneBehaviorEventRef=Loop;oneBehaviorEventRef=Loop;testBefore=Loop;transactionMethod=Sub-Process;transactionProtocol=Sub-Process;triggeredByEvent=Sub-Process;ioBinding=Callable Element;ioSpecification=Callable Element;supportedInterfaceRefs=Callable Element;actualOwner=Execution;completionQuantity=Execution;implementation=Execution;numberOfActiveInstances=Execution;numberOfCompletedInstances=Execution;numberOfInstances=Execution;numberOfTerminatedInstances=Execution;startQuantity=Execution;state=Execution;taskPriority=Execution;assignments=Other;sub-ProcessRef=Other;definitionalCollaborationRef=Sub-Process;
_tagGroups: Base Element,Activity,Task,AdHoc,Loop,Sub-Process,Callable Element,Execution,Other
_subtypeProperty: BPMN2.0::Activity::taskType
_tagGroupStates: Base Element=closed;Activity=open;Task=open;AdHoc=closed;Loop=closed;Sub-Process=closed;Callable Element=closed;Execution=closed;Other=closed;
_defaultDiagramType: BPMN2.0::Business Process
isReadOnly: false
isFinalSpecialization: 0