Gerelateerde pagina's
Softwareleveranciers: uw producten ontwikkelen voor onze informatiseringprojecten in de gezondheidszorg
Wij beheren en werken samen aan talrijke projecten rond de informatisering van de gezondheidszorg en e-gezondheid: elektronische gegevensuitwisseling, elektronische attestering, elektronisch voorschrift, enz. Deze informatisering vereist dat zorgverleners de gepaste toepassingen en software gebruiken.
Op deze pagina:
Nieuw: uw software updaten in het kader van het nieuwe Opstarttraject Diabetes type 2
Op 1 januari 2024 vervangt het "Opstarttraject voor een diabetespatiënt type 2” het "Voortraject" (of zorgmodel “Opvolging van een patiënt met diabetes type 2”). Dit zal de codes en pseudocodes wijzigen die huisartsen gebruiken om hun verstrekkingen te aanrekenen.
De administratieve vereenvoudiging voor zorgverleners impliceert een aantal wijzigingen in het voorschrijven van geneesmiddelen in het kader van het Opstarttraject.
Het gaat hier uitsluitend over de softwarepakketten van huisartsen. Er is dus geen impact op de voorschrijfpakketten van specialisten of ziekenhuizen of apothekers.
Breng deze wijzigingen tegen 1 januari 2024 aan in uw software:
De nomenclatuurcodes en pseudocodes van huisartsen veranderen. Ze kunnen niet langer de nomenclatuurcodes gebruiken voor het voortraject diabetes. Opgelet: er is geen overgangsperiode.
- In privé- en groepspraktijken:
De code 102852 van het Voortraject wordt verwijderd.
Deze wordt vervangen door de nieuwe code 400374 voor het Opstarttraject
- In medische huizen (op basis van forfait):
De code 109594 van het Voortraject wordt verwijderd.
Deze wordt vervangen door de nieuwe code 400396 voor het Opstarttraject
Dit zijn de wijzigingen die u tegen 1 februari 2024 in uw software moet aanbrengen:
In de lijst “terugbetalinginstructies” voor een voorschrift, voegt u de nieuwe optie “Opstarttraject diabetes type 2” toe. Dit maakt deel uit van de minimumlijst van vergoedingsopties die moeten worden aangeboden aan voorschrijvers op het gebied van diabetes type 2.
Meer informatie:
We hebben een communicatie uitgestuurd naar de softwarebedrijven met de benodigde wijzigingen.
U vindt ook op deze website de technische instructies van Recip-e.
Om voorschrijfsoftware te ontwikkelen met integratie SAMv2 (de authentieke bron voor geneesmiddelen)
Sinds 1 januari 2020 moet u verplicht gebruik maken van de Authentieke Bron voor Geneesmiddelen (SAM) om geneesmiddelen ambulant voor te schrijven, dit is de ‘open source’ beschikbaar gestelde referentiedatabank op het eHealth-platform.
Dat betekent dat uw softwarepakket (of onze gratis toepassing PARIS) waarmee u voorschrijft sinds 1 januari 2020 verplicht is om de SAMv2-databank op te roepen en van daaruit voor te schrijven. De leveranciers van de huisartsensoftware moeten voldoen aan bepaalde homologatiecriteria om toegelaten te worden op de markt.
Alle referentiedocumenten zijn te vinden op de SAM portal onder de titel “Homologatiecriteria”.
De meest recente homologatie vond plaats Q4 2024 – Q1 2025. Het betreft onder andere de integratie van gebruikelijke dosering in voorschrijfsoftware.
Dit is de lijst van de 8 voorschrijfpakketten die op 31/3/2025 in orde zijn voor SAMv2: Nexuzhealth, Zorgi, HDMP Healthone, Offimed, Daktari, Careconnect, Mediportal, Medispring.
U kan de lijst van alle geregistreerde softwarepakketten voor huisartsen ook hier consulteren.
Daarnaast zal u vanaf een nader te bepalen datum een hergebruikerslicentieovereenkomst moeten ondertekenen voor elke software. De procedure om dit te doen, wordt nog uitgewerkt. Als u gratis voorschrijfsoftware op de markt brengt (als alternatief van PARIS), zal u naast deze overeenkomst ook een verklaring op eer moeten ondertekenen.
Alle referentiedocumenten zijn te vinden op de SAM portal onder de titel “Homologatiecriteria”.
Voor uw ontwikkelingen over beslissingsondersteunend voorschrijven (PSS Antimicrobieel)
Voorschrijfsoftware voor eerste lijn moet beslissingsondersteunend voorschrijven aanbieden voor behandelingen met antibiotica. De tool PSS Antimicrobieel moet vanaf 1/1/2026 verplicht aangeboden worden in voorschrijfsoftware.
Softwarepakketten hebben hierbij de keuze om hetzij de FHIR API, hetzij de beschikbare webcomponenten te integreren. Dit proces, inclusief registratie (homologatie), moet afgerond zijn tegen 15/12/2025. Smals is de partij die de registratie zal afnemen. De registratiecriteria kan u hier vinden:
Voor meer info over het project PSS verwijzen we naar de projectpagina.
De Recip-e v4 connector
Sinds 1 oktober 2020 is het gebruik van de Recip-e connector v4 verplicht voor het maken van elektronische voorschriften.
De technische documentatie vindt u op de website van Recip-e. U kan bij de vzw Recip-e (contact) een registratie aanvragen.
Nieuw model van bewijs van elektronisch voorschrift vanaf 15 september 2021
Met ingang van 15 september 2021 zal een nieuw model van bewijs van elektronisch voorschrift van toepassing zijn. Het model van bewijs van elektronisch voorschrift zoals dit was vastgesteld vóór deze datum, mag worden gebruikt tot en met 31 januari 2022.
Hierbij vindt u het nieuw model van bewijs van elektronisch voorschrift alsook de technische instructies voor de leveranciers van de software nodig voor het opstellen en afdrukken van het bewijs van elektronisch voorschrift met ingang van 15 september 2021.
Interoperabiliteit met het medicatieschema
De interoperabiliteit, de foutloze en ondubbelzinnige uitwisseling van gegevens van het gedeeld medicatieschema zoals dat in de regionale gezondheidskluizen bewaard wordt, wordt getest aan de hand van een aantal criteria. De criteria worden opgesteld en gevalideerd in werkgroep WG3&4 onder het TRIO-overleg. Er is sinds 2019 een tweejarige cyclus ontstaan, waarbij in jaar 1 de criteria worden besproken en gevalideerd en in jaar 2 de softwarebedrijven deze criteria implementeren en finaal ook hun software laten testen.
- In de cyclus 2019-2020 werden een eerste reeks “read-criteria” getest
- In de cyclus 2021-2022 werden “write-criteria” opgesteld en getest.
- Voor de cyclus 2023-2025 werden enkel aanpassingen aan de “read-criteria” besproken en gevalideerd.
De audit was gepland voor eind 2024, maar een wissel bij de audit-organisatie maakt dat de auditperiode doorloopt in 2025. Voor de audit van de “write-criteria” in deze cyclus blijft de versie van 2021-2022 geldig. Voor de cyclus 2023-2025 wordt de audit interoperabiliteit van het Medicatieschema in de praktijk uitgevoerd door Smals of Vitalink: Vitalink nodigt alle softwarepakketten die toegang willen tot de kluis, uit voor testen interoperabiliteit op basis van een criteriaset en documentatie.
De documenten die u moeten toelaten de audit interoperabiliteit van het Medicatieschema (geldig voor de cyclus 2023-2025) aan te vatten zijn:
- De criteria zijn gebaseerd op de laatste versie van de technische documentatie van het Medicatieschema - het zogenaamde “Cookbook” versie 5.8 van 31/3/2021 - dat op de website eHealth werd gepubliceerd.
- Op dit Cookbook Medicatieschema is een bijlage Cookbook (versie 8 van 20/4/2021). In deze bijlage die ook op de website eHealth werd gepubliceerd, wordt dieper ingegaan op aspecten van de posologie.
- De conclusies van de laatste aanpassingen met betrekking tot de criteria zitten vervat in een PowerPoint-document (NL+FR+EN) dat geldt als Bijlage B op het Cookbook (versie 1.1 Final van 12/12/2023). Het document geeft belangrijke contextuele informatie.
- De criteria waaraan software moet voldoen op het gebied van interoperabiliteit van het Medicatieschema voor de cyclus van 2023-2025 zijn beschikbaar in een Excel-document gevalideerd door RAMIT op 16/04/2024 met Read-criteria (Versie 1.0 van 16/04/2024) en Write-criteria (versie 1.0 van 1/12/2021)
- Na de validatie van de Read-criteria is er een Vraag & Antwoord-sessie georganiseerd op 10/3/2024. Het verslag van deze Q&A sessie (Versie 1.0 van 12/07/2024).
Voor uw ontwikkelingen met betrekking tot het bewijsstuk dat de zorgverlener aan de patiënt uitreikt
De toepassingsregels toepassen op het bedrag dat de patiënt betaalt
De zorgverlener moet een bewijsstuk aan de patiënt uitreiken in de volgende 4 situaties:
- als hij elektronisch attesteert (eAttest), omdat hij in dat geval geen papieren getuigschrift voor verstrekte hulp aan de patiënt geeft. Het bewijsstuk maakt het mogelijk om de patiënt te informeren.
- als hij elektronisch factureert in derdebetaler (eFact).
- als hij zowel vergoedbare als niet-vergoedbare verstrekkingen attesteert.
- sinds 9 juni 2022, als hij exclusief niet-vergoedbare verstrekkingen attesteert.
De informatie vermeld op het bewijsstuk, moet met name voldoen aan de fiscale verplichtingen en aan de verplichtingen betreffende de verzekering voor geneeskundige verzorging (GVU).
Uw software moet dus een bewijsstuk produceren dat aan bepaalde reglementaire verplichtingen voldoet. Raadpleeg de synthese met verplichtingen uit de fiscale regelgeving en de regelgeving betreffende verzekering voor geneeskundige verzorging waaraan het bewijsstuk dient te voldoen.
Voor uw ontwikkelingen met betrekking tot het plan eGezondheid
In het kader van het actieplan eGezondheid 2022-2024, zijn er regelmatig nieuwe vereisten waaraan softwarepakketten moeten voldoen. Via onze pagina eGezondheid blijft u op de hoogte.
Voor uw ontwikkelingen rond RIZIV-nummers
Om het mogelijk te maken het aantal RIZIV-nummers te laten stijgen voor bepaalde beroepen, hebben we, nieuwe nummers op basis van een andere check digit (controlegetal) gemaakt (modulo 89).
Wat is een check-digit ?
Het RIZIV-nummer is een 11-cijferig identificatienummer toegewezen door het RIZIV en onder andere gebruikt om individuele zorgverleners te identificeren. Zo kunnen hun vertrekkingen terugbetaald worden door de verzekering voor geneeskundige verzorging. De 6 cijfers bestaan uit een unieke volgorde die elke zorgverlener onderscheid. De laatste 2 cijfers van dit nummer zijn controlecijfers d.w.z. de check-digit of, in het kort, "CD ".
In 2013 werd de alternatieve check-digit modulo 89 geïntroduceerd om te voldoen aan de behoefte aan extra nummers voor verpleegkundigen en in 2017 voor vroedvrouwen.
Vanaf april 2019 zal deze methode van de modulo 89 ook worden gebruikt voor de berekening van de check-digit van de nieuwe RIZIV-nummers van artsen.
Welke impact heeft dit op uw informaticasystemen ?
Als RIZIV- partner en, in het algemeen, als uw systemen of processen het RIZIV-nummer gebruiken, moet u nagaan of het nodig is aanpassingen te doen aan uw informaticasystemen zodat:
- De unieke identificatie in deze computersystemen gebeurt op basis van de eerste 8 cijfers van het RIZIV-nummer en niet langer op basis van de eerste 6 cijfers
- Deze computersystemen alle Riziv-nummers aanvaarden, gebouwd met één van de 4 modules: 97, 89, 83 of 79.
- De systemen voeren een geldigheidscontrole van de check-digit uit en ze veralgemenen de controle naar de 4 check-digits.
Hoe controleert u de geldigheid van de check-digit ?
De formule om de check-digit te controleren is:
C = M – (N mod M)
Waarin:
M Het priemgetal dat wordt gebruikt voor de berekening van de modulo: 97, 89, 83 of 79
N De eerste 6 cijfers van het RIZIV-nummer: 000000… 999999
N mod M = de rest van de gehele deling van N door M.
C De check-digit van dit RIZIV-nummer: 01..M (de check-digit is minstens 01 en hoogstens gelijk aan de modulo)
U vindt ook informatie in bijlage 16.3 van de elektronische factureringsinstructies.
Voor uw ontwikkelingen rond de elektronische facturatie
Bepaalde zorgverleners en instellingen kunnen de facturatiegegevens onder elektronische vorm overmaken aan de verzekeringsinstellingen.
Meer informatie hierover vindt u elektronische factureringsinstructies.
Meer informatie
Contacten
Ondersteuning voor softwareleveranciers (informatisering van de gezondheidszorg)
Voor vragen over e-gezondheid kunt u contact opnemen met:
BBOSSS@riziv-inami.fgov.be